De projecten

De afgelopen jaren heb ik veel geschreven over de diverse projecten waar we als stichting in meer of mindere mate bij betrokken zijn. Hoogste tijd voor een update.

Nieuwe hostel

Tyende Pamodzi
Allereerst de middelbare school voor meisjes. Drie jaar geleden zijn de eerste meiden begonnen in form 1 (eerste klas). Deze meisjes zitten nu in form 4 en dat betekent dat ze dit jaar examen doen. De school is flink gegroeid. Afgelopen jaar is een hostel gebouwd voor de meisjes die te ver weg wonen om iedere dag naar huis te gaan. Dit betekent 6 slaapruimtes, douches en toiletten. Koken doen ze op houtskoolpotjes op de veranda.

Houtskoolpotje


Ook zijn er nog enkele woningen voor leerkrachten bijgebouwd. Leerkrachten worden betaald door de overheid maar er moet wel voor woonruimte gezorgd worden. Veelal is dit bij de school. Op de planning staat nog een tweede hostel en nog enkele lerarenwoningen. De resultaten van de leerlingen zijn buitengewoon goed. Wat een fantastisch succes is dit geworden! Overigens is de school (gebouwen en onderwijs) volledig in beheer van Malawianen. Wij hebben het gefaciliteerd maar zij moeten het nu doen en dat lukt geweldig.

Klaslokaal

Primary School
Hoe anders is het op de basisschool. De gebouwen zijn inmiddels zo’n honderd jaar oud en zijn heel slecht. Het dak lekt, de muren zijn slecht en meubilair is er niet. Vanwege de slechte staat wordt vaak buiten onder een boom lesgegeven maar ja, in de regentijd heb je dan een probleem. Op deze school zijn 1.100 leerlingen en dat betekent gemiddeld 120 leerlingen per klas. Iedereen zit op de grond hutje mutje tegen elkaar aan of ’s morgens de ene helft en ’s middags de andere. Niet verwonderlijk dus dat veel kinderen op een gegeven moment afhaken.

Twee nieuwe lesblokken in aanbouw

Samen met een Duitse stichting is inmiddels de bouw van twee lesblokken gestart. Daarna komen er nog twee bij, er komen fatsoenlijke toiletten en het meest goede gedeelte van het oude gebouw wordt flink gerenoveerd. De planning is dat dit alles eind 2025 klaar is. Het schoolhoofd is zeer begaan met de situatie en het is fijn te merken dat hij geloofd in een betere toekomst. Het was fijn hem te leren kennen.

Dansende kleuters en peuters

Nursery’s
Ja, en dan hebben we ook nog de peuters en kleuters. Inmiddels zijn er drie nursery’s gerealiseerd voor kinderen van 3- 6 jaar. Eén in het dorp Mganja, een bij de meisjesschool (zodat ook de meisjes die al moeder zijn naar school kunnen) en een bij het ziekenhuis waar de kleintjes van het personeel terecht kunnen. Ik heb alle drie de nursery’s bezocht. Met uitzondering van die bij het ziekenhuis (is een bestaand gebouwtje) hebben we die met behulp van sponsorgelden kunnen bouwen. De leidsters hebben een training van zo’n vier weken gehad en zij doen het op alle drie de schooltjes geweldig. De schooltjes zijn niet te vergelijken met onze kleuterscholen maar het plezier van de kinderen en de leerkrachten is er niet minder om. Het speelgoed dat ze gebruiken is afkomstig van Nederlandse kleuterscholen. Het is maar een klein beetje speelgoed dat ze hebben maar dat is al zoveel meer dan dat de gemiddelde Malawiaanse peuter-/kleuterschool heeft. Voor het schooltje bij het ziekenhuis hadden we nog wat speelgoed meegenomen maar tekst en uitleg was wel nodig aangezien dit voor de leerkrachten nieuw was.

Minipoppenkast

Zo hebben we samen met de juffen gekwartet en heeft Ineke een minipoppenkast gespeeld. Zo leuk die kleine snoetjes! Het is in elk geval de bedoeling dat er nog twee nieuwe schooltjes bijkomen in de wat afgelegener gebieden. (Als iemand duplo of lego over heeft, laat maar weten.)

De nieuwe leiding met Ineke


Ziekenhuis
Het ziekenhuis in Mua is de afgelopen jaren dankzij veel diverse sponsors grondig gerenoveerd. Cäcilie Jansson, een zeer energieke Duitse dame, is onvermoeibaar in het bedenken van verbeteringen en het bij elkaar sprokkelen van geld. De samenwerking tussen Ineke en Cäcilie betekent in alle opzichten synergie. De leiding  van het ziekenhuis wordt geleidelijk overgedragen aan een aantal Kenyiaanse zusters. Nu heb ik het zelf niet zo op zusters maar eerlijk is eerlijk: dit zijn geen doorsnee nonnen. Zij hebben ervaring in het ziekenhuiswezen en gaan uit van wat de mens nodig heeft en motiveert. Vrouwen die veel meer gedreven worden vanuit hun eigen overtuiging in plaats van wat Rome vindt. Ik heb in elk geval hoge verwachtingen dus nu maar afwachten of dit bewaarheid wordt.


Ik had vanuit Nederland een aantal laptops meegenomen (met dank aan BsGW en BCO). Ik heb deze overgedragen aan de directeur van het ziekenhuis die ze dankbaar in ontvangst nam. Wat voor ons zo vanzelfsprekend is, is dit hier nog lang niet. Er is amper geld voor medicijnen dus laat staan voor laptops. Ook hier gaat het stapje voor stapje vooruit.

Enthousiaste vrouwen

Vrouwendag
Tot slot nog een item wat mij zeer aan het hart ligt. Terwijl we een rondje langs de projecten maakten, hebben we kennis gemaakt met een leuke vrouwengroep. Een van de vrouwen had Ineke gevraagd voor een (geldelijke) bijdrage voor de vrouwendag volgende week. Geen idee wat dit inhield dus een afspraak met de woordvoerster gemaakt. Ze kwam echter niet alleen;  ze waren met zo’n tien vrouwen. Ieder was lid van een andere religieuze groep. Deze vrouwen organiseren samen een vrouwendag op 23 maart. Alle vrouwen van het dorp zijn welkom. Het begint ’s morgens en gaat door tot in de avond. Het is een dag met zang, dans, eten en speeches. Hoe mooi dat deze vrouwen zich verenigen en hoe mooi dat ze dit samen vieren. Uiteraard gaat Ineke hier naar toe maar wat was ik graag meegegaan…

Samen met Pempho, Lawi en Tadza

Tot slot
Tja, en zo komt er weer een eind aan mijn reis. Het was wederom een hele bijzondere reis. De start was bij de twee meiden Lawi en Tadza die een plaatsje in mijn hart hebben en zo ook de intelligente en sociale Pempho. Wat een fijne, jonge mensen die het met hun wil, intelligentie en doorzettingsvermogen nog ver gaan schoppen. Ik heb de verschillen gezien tussen de grote stad Lilongwe waar vrouwen en meisjes gewoon in spijkerbroek lopen, het arme Mganja waar men vooral in de traditionele Titenge loopt en het stadje Dedza wat er een beetje tussenin zit. De kleding is de metafoor voor het verschil in omgang, levensstandaard en misschien ook wel cultuur. Ik heb weer veel gezien en geleerd en kom beslist weer terug hier. Maar het is ook weer heel erg fijn om terug te gaan naar mijn lief die mij de ruimte geeft om dit alles te kunnen doen!

Werk aan de winkel voor de dovenscholen

In mijn vorige blog vertelde ik over de auto die niet meer verder wilde. We zijn nu inmiddels zes dagen verder. De stand van zaken is dat er toch wel een aantal dingen goed kapot zijn. De radiator, de koppakking, scheuren in het motorblok.

Maar dit zou Malawi niet zijn als men het niet kon maken. De automonteur van het bisdom is met de kapotte onderdelen naar Lilongwe afgereisd. Hij is teruggekomen met een offerte voor de aanschaf van nieuwe onderdelen. De onderdelen zijn geleverd en zijn ook al gemonteerd, behalve de radiator die wordt maandag (vandaag) opgehaald in Lilongwe. Nog even geduld dus maar en ondertussen genieten van het mooie uitzicht.

Al met al gooit dit wel wat roet in het eten want we kunnen zonder auto nergens naar toe. De afgelopen dagen heb ik wat werk gedaan voor de dovenscholen. Maar laat ik eerst iets vertellen over de dovenscholen. In Malawi zijn relatief veel dove kinderen als gevolg van malaria. Deze kinderen kunnen in het reguliere onderwijs niet terecht dus zij zijn aangewezen op dovenscholen.

Door de Broeders van Maastricht zijn een drietal dovenscholen opgericht: Maryview (1968), Mua (1984) en Mountainview (1997). De scholen ontvangen slechts een minimale bijdrage van de overheid. De kinderen komen van heinde en ver en dat betekent dat ze ook bij de scholen wonen. Van de ouders wordt verwacht dat ze kostgeld betalen maar dat is heel weinig en soms kunnen ze het ook niet. De Nederlandse Stichting Dovenzorg Malawi is zeer betrokken bij deze scholen en spant zich in om de scholen met geld, goederen en kennis te ondersteunen.  In 2016 is de laatste Nederlandse broeder die woonachtig was in Malawi overleden.

Vrolijke kinderen op Mua school for the deaf (2022)

Op dit moment zijn de drie scholen in beheer van een aantal Malawiaanse broeders maar die maken er een potje van. De gebouwen zijn erg verouderd en de huisvesting voor de interne leerlingen is ver onder de maat. Ik heb in 2022 een bezoek gebracht aan de dovenschool in Mua en met eigen ogen kunnen zien onder welke erbarmelijke omstandigheden de kinderen leven. De kinderen slapen in een grote ruimte in een gebouw waarvan muren en dak heel erg slecht zijn. Er zijn geen basisvoorzieningen. De zorg voor de kinderen is in handen van de Sisters of de Blessed Virgin Maria. Deze zusters slapen bij de kinderen en doen hun uiterste best om met de beperkte middelen die ze hebben, voor de kinderen te zorgen. Het eten is eenzijdig en soms niet voldoende. De broeders die het beheer hebben geven echter niet thuis. Onduidelijk is wat de broeders met sommige inkomsten doen; er wordt in elk geval niets gedaan aan de het verbeteren van de omstandigheden.

De hoogste tijd dus dat hier verbetering in komt. De Stichting Dovenzorg Malawi heeft Ineke de projectleider van onze eigen stichting (Nazareth Foundation Malawi) benaderd om te ondersteunen bij het opstellen, uitvoeren en monitoren van de projecten. Dit gebeurt op elk van de drie scholen in samenwerking met een team van leerkrachten en zusters.

Bisschop Peter Chifukwa en Ineke Hendrickx

De bisschop is op de hoogte van het slechte beheer dat de broeders voeren en heeft inmiddels al actie ondernomen. Dit gebeurt omzichtig, met veel tact maar ook heel langzaam. Ik ben wel fan van deze aardige, goedlachse maar ook hele kritische bisschop, zie ook mijn vorige blog.

Zoals aangegeven in mijn blog dat ik in 2002 heb geschreven, zijn de leerkrachten betrokken en enthousiaste mensen die met veel passie de dove kinderen onderwijzen. Dat zit dus wel goed, nu de rest nog. Het zal langzaam gaan maar ik ben ervan overtuigd dat met alle hulp die vanuit Nederland en het bisdom komt de omstandigheden uiteindelijk zullen verbeteren.

De afgelopen dagen ben ik bezig geweest met het speelgoed voor de dovenschool Maryview. Via de Stichting Dovenzorg Malawi en Worldprojects is heel veel speelgoed ingezameld. Puzzels, spelletjes, tekenspullen, knutselmateriaal, bouwblokken, kleurboeken, speelgoedauto’s, knikkers en heel veel knuffels. Maryview heeft 12 klassen in de leeftijd 6 t/m 18 jaar. Ik heb eerst alles gesorteerd naar niveau dus van makkelijk naar moeilijk. Vervolgens heb ik alles zo eerlijk mogelijk verdeeld over de klassen. Het was de bedoeling dat ik mee zou gaan naar Maryview om de spullen af te leveren maar ja, dan moet je dus wel een werkende auto hebben.

Alles gesorteerd en verdeeld
Puzzelen met Aida

Overigens was het ook de bedoeling om de leerkrachten te leren hoe de spelletjes gespeeld worden. De kinderen weten niet hoe je met speelgoed kunt spelen (want dat is er gewoonweg niet) maar de leerkrachten weten dit evenmin. Toen ik bezig was met het sorteren van puzzels vroeg de huishoudelijke hulp die hier werkt wat ik aan het doen was. Een puzzel had ze niet eerder gezien dus ik heb haar uitgelegd hoe dit werkt. Ze heeft zelf een dochter van 7 jaar, ik heb haar een puzzel gegeven die ze samen met haar dochter kan spelen. We hebben die wel eerst samen gemaakt….

Een bijzondere verhuizing

Ik ben inmiddels aangekomen in Dedza, een klein stadje op zo’n 2 uur rijden van de hoofdstad. Ik verblijf bij Ineke, vriendin en projectleider van onze stichting. Ze verhuist deze week van Mganja naar Dedza. Ze heeft daar inmiddels een woning op een groot terrein waar een praktijkschool voor dove kinderen moet komen.

Het bisschopshuis met rechts het gastenverblijf

Tot aan de verhuizing woont zij, en ik nu dus ook, in het gastenverblijf van het bisdom. Eten doen we samen met de bisschop. Hoe bijzonder! Het bisdom, en vooral ook de bisschop, probeert op allerlei manieren de (arme) Malawianen te helpen. Ze zijn op een mooie manier betrokken bij de gezondheidszorg  ziekenhuizen), scholing, voedselprogramma’s en schuwen er niet voor om ongezouten kritiek te leveren op de huidige regering. Hoewel we als stichting nou niet bepaald een christelijke inslag hebben, werken we veel samen met het bisdom.

Vandaag hebben we de huisraad van Inekes vorige huis naar het nieuwe huis overgebracht. Wat een avontuur. Drie mannen en een vrachtauto en wij tweeën met de auto erachteraan. Binnen een krap uurtje was de vrachtwagen en de auto volgeladen. Stapelen kunnen ze hier als de beste! Op de terugweg reden we achter de vrachtauto en die rook wat vreemd, vonden we. Het was flink bergop dus die zou er wel moeite mee hebben, dachten we. Niets was minder waar! Het was onze auto. De auto trok steeds slechter, dus snel gestopt. Rook kwam onder de motorkap uit de en temperatuurmeter stond ver in het rood. De mannen in de vrachtwagen had niets in de gaten en reden door. Tja, daar stonden we dan. Twee witte vrouwen met een verhitte auto op een bergweg en geen telefoonbereik. Twee jongens die te voet naar beneden liepen, wisten te vertellen dat “daaronder” wel ergens water zou zijn. Aangezien we niet echt iets hadden om dat in te doen, was naar beneden gaan geen optie.

Ineke, de twee jongens en de Amerikaan

We zaten net aan de kant van de weg in het gras, toen een auto voorbij kwam. “Are you all right?” riep er eentje. Nou, nee dus. Het bleek een Amerikaan met zijn chauffeur te zijn. Er werd wat interessant onder de motorkap gekeken. Er moest in elk geval water bijgevuld worden. We hadden nog een literfles water maar dat was niet genoeg. Ondertussen kwamen de twee jongens er weer aan met een emmer water. Gelukkig! De Amerikaan en zijn chauffeur hebben maar liefst zeven liter water in de radiator gegoten. Dat moest genoeg zijn. De auto startte gelukkig, de beide mannen zouden achter ons blijven rijden, voor het geval dat.

Onze mannen

Al snel kwamen we bij de vrachtwagen uit die een eind verderop op ons stond te wachten. Wij weer stoppen maar meteen sloeg de temperatuurmeter weer op tilt. Aangezien we nu weer bij “onze eigen mensen” waren, is de volgauto doorgereden. Weer interessant kijken, maar nu door onze eigen mannen. Weer water bijvullen (nu uit een nabij gelegen beekje), weer starten en wegrijden maar na een klein stukje ging het weer mis. Dan maar de auto achter de

vrachtwagen hangen en zo verder slepen. Dat valt in de bergen niet mee. We hadden geen sleepkabel dus met touw en een spanband werd alles vastgemaakt. De stuur- en rembekrachtiging deed het niet dus dat was gedoe. Heel langzaam hebben we onze weg vervolgd en heel veel uren later dan eigenlijk de bedoeling was kwamen we aan in Dedza.

We zijn gestopt bij een kruising waar een automonteur bleek te werken. Geen garage maar gewoon een afdakje met wat spullen. Motorkap weer open, interessant kijken en in no time had hij de radiator eruit gehaald. Hij liet ons zien waar een gat zat dat er niet behoorde te zitten. Hij kon dat wel fiksen. In krap een half uur was de klus geklaard. Kosten: omgerekend zo’n € 15. Het volgende probleem was dat de auto niet wilde starten. Van alle kanten kwamen mannen om te helpen duwen en toen konden we dus eindelijk weer op weg.

Al gauw liep de temperatuur echter weer op en we hoorden een wat raar geluid. Weer stoppen, even wachten tot het metertje weer zakt en weer door. Zo zijn we met hele kleine stukjes naar Inekes huis gereden. De vrachtwagen was inmiddels al uitgeladen en samen met Achigodi (kok, tuinman en manusje van alles) en Aida (de huishoudelijke hulp) is alles op z’n plek gezet. Aangezien we de auto niet meer vertrouwde zijn we achterop brommertaxi’s door de stromende regen naar het bisschopshuis gereden. De warme (!) douche was meer dan welkom. De auto is inmiddels naar het bisschopshuis gesleept.

En weer interessant kijken (monteur, chaufeur verhuiswagen, Ineke)

De automonteur van het bisdom heeft de volgende dag de boel uit elkaar gehaald. Conclusie, in elk geval is de koppakking kapot en de radiator is binnenin kapot. Hij gaat met de kapotte onderdelen naar een garage in Lilonge om ze te laten maken. Zoals het er nu naar uitziet zijn we drie dagen verder voordat we weer een auto hebben. Ondertussen hebben we met een chauffeur van het bisdom boodschappen gedaan zodat we de komende dagen in Inekes huis kunnen blijven. Morgen worden wij met al onze spullen naar het nieuwe huis gebracht. En zo worden onze plannen steeds van dag tot dag bijgesteld. Tja, go with the flow.

Het leven in de hoofdstad Lilongwe

Ik ben inmiddels een week in Lilongwe. Tijd om eens de balans op te maken. In de blog die ik voor vertrek heb gemaakt, gaf ik aan benieuwd te zijn naar de stad Lilongwe. Lilongwe is de hoofdstad van Malawi. De stad is in niets te vergelijken met steden als Amsterdam, Brussel, Parijs of London. Het centrum van de stad en “the old town” bestaan louter uit shoppingcentra en kantoorgebouwen. Geen huizen en geen woonflats. De straten zijn druk: auto’s (veel Toyota’s), brommers die ook als taxi dienen, mensen te voet die van alles te koop aanbieden en natuurlijk de minibusjes.

Minibusjes zijn kleine busje die mensen van A naar B brengen. Ze vertrekken pas als ze volgestouwd zijn met mensen. Ieder busje heeft buiten de chauffeur, een “conducteur” die op straat de mensen probeert te lokken om in te stappen. Hoe meer mensen er al in de bus zitten, hoe meer kans dat het busje snel vertrekt. Soms zitten er mensen in de bus die doen alsof ze mee gaan maar die alleen maar dienen ter vulling. Op enig moment stappen ze uit en grote kans dat je alsnog lang moet wachten voordat de bus vol genoeg is om te vertrekken. Tadza vertelde mij dat zij en haar vriend Pempho op een keer van Lilongwe naar Dedza gingen met de minibius. Een rit van zo’n 2 uur. Toen ze ’s morgens rond 9 uur in het busjes stapten, zaten er al een aantal vrouwen in de bus te wachten. Echter, op enig moment stapten die uit, hun “werk” zat erop. Het wachten was op nieuwe reizigers. Uiteindelijk vertrok het minibusje pas om 15.00 uur ’s middags. Uitstappen en een ander busje pakken was geen optie aangezien je bij binnenkomst moet betalen. Geloof maar niet dat je je geld terug krijgt als je weer uitstapt.

Een villawijk in Lilongwe

Terug naar Lilongwe. Rondom het centrum met de kantoren en winkelcentra ligt een ring met dure villa’s. Huizen die bewoond worden door voornamelijk buitenlandse zakenmensen en expats. Pas daarna vind je de woningen van de doorsnee Malawianen.

Vergeleken met het arme landelijke gebied waar ik tijdens mijn vorige reizen verbleef, zijn de woningen hier groter en vaak ook ommuurd. Rechts een doorsnee straat in een doorsnee wijk.

Tadza checkt de stroom

Stroom en stromend water is voorhanden, zolang je maar betaalt. Je koopt een hoeveelheid stroom vooraf via de website van Escom (de stroomleverancier). Via een soort schakelkastje tik je de code in die je gekregen hebt en je kunt weer vooruit. Via dit kastje kun je ook nagaan hoeveel stroom je nog over hebt. Ik geloof niet dat er gedurende de tijd dat ik nu hier ben, een dag zonder stroomonderbreking is geweest. Ik heb gisteren voor de jongelui een Nederlandse maaltijd gekookt (wortelenstampot met gehaktballen). Aangezien het elektrische fornuis diverse keren uitviel als gevolg van stroomstoringen, werd mijn geduld wel op de proef gesteld. Ach ja, go with the flow.

In Lilongwe kun je overigens prima terecht met Engels. Alle mensen die ik hier heb ontmoet, inclusief het winkelpersoneel, spreken prima Engels. Ook de reclameborden zijn in het Engels. Hoe anders is dit vergeleken met het platteland waar veel mensen alleen maar Chichewa spreken.

Het verkeer in Lilongwe is, laat ik maar zeggen, bijzonder. Een aantal wegen in het centrum zijn geasfalteerd. Hier en daar staat een verkeerslicht maar stoppen voor rood doe je alleen als er een andere auto aankomt die voorrang heeft. Rijden volgens het boekje wijkt toch echt af van rijden volgens de praktijk. Zonder rijbewijs rijden is geen uitzondering. Buiten het centrum zijn de binnenwegen alleen maar zandwegen van rood Afrikaans zand. De afgelopen dagen heeft het vrij veel geregend (tja, regentijd hè). In no time worden de zandweggetjes kleine beekjes. Het zand wordt weggespoeld waardoor er grote kuilen in de weg achterblijven. Hard rijden kan niet aangezien je al slalommend de kuilen moet ontwijken. Een ritje van 5 km betekent al gauw een autorit van een half uur of langer.

De markt: groenten, fruit, kleren maar ook huishoudelijke artikelen.

Al met al, is de vibe in Lilongwe toch echt wel die van een grote stad. Hoewel je geen gezellige winkelstraatjes hebt, zijn er wel veel gezellige en levendige markten. Als “azungu” (witte vrouw) word ik bij elk marktkraampje aangesproken en gelokt om iets te kopen.

King James in z’n kraampje

Gisteren was ik op de woodcraft market. Een soort kunstmarkt met houtsnijwerk, schilderijen, kralenkettingen en zo. Ik heb vele mooie dingen gezien en ja, ik kon natuurlijk de verleiding niet weerstaan om de lokale economie te sponsoren.

Het verhaal van de zusjes Lawi en Tadza

Vandaag een wat langer verhaal over twee hele bijzondere meiden.

Tadza en Lawi

Het gezin
Lawi en Tadza zijn twee jonge vrouwen, 27 jaar, uit Malawi. Zij zijn tweelingzusjes, hebben drie broers en zijn met 14 jaar wees geworden toen hun vader stierf. Hun moeder is op hun zesde gestoven. Hun vader had een goede baan bij de overheid en heeft ervoor gezorgd dat ze in elk geval een woning met een groot stuk grond hebben. Twee broers zijn inmiddels het huis uit, de derde woont samen met de meiden in het familiehuis en heeft een baan als ICT-er.
De Fransiscaner zusterorde heeft zich destijds over de jongeren ontfermd. Zij hebben ervoor gezorgd dat de kinderen naar de middelbare school konden. Tadza mocht van de zusterorde doorleren. Zij heeft met succes de studie environmental health afgerond. Een broer heeft gestudeerd met hulp van een Duitser, een andere broer heeft kunnen studeren toen de vader er nog was. Lawi had echter geen mogelijkheid om te studeren.

Lawi
In 2019 heb ik Lawi ontmoet. Ze was juist gestopt met haar werk als housekeeper. Ze werkte lange dagen en kreeg vaak niet eens betaald. Het was juist de bedoeling om met dit baantje een studie te betalen. Maar dit liep dus op niets uit. Ze had haar zinnen gezet op de studie accounting. Het was voor mij logisch om haar te steunen in het bereiken van haar doel.  Na twee jaar studie kreeg ze van de zusterorde de kans om een werk-leerstage in Duitsland te doen. Een unieke kans. Het plan was een jaar naar Duitsland te gaan om daarna weer verder te gaan met de studie.

Leer-werkstage in Duitsland
Dit pakte iets anders uit. De leer-werkplek bleek niets te maken te hebben met financiële administraties maar was werken op een bio-boerderij die beheerd werd door een stichting. De aangesloten leden ontvangen wekelijks groenten en fruit van de boerderij en helpen waar nodig een handje mee. Lawi heeft daar het nodige geleerd over het telen van groenten en fruit. Ook het verzorgen van kippen behoorde tot haar taak.

Lawi voert de kippen in Malawi

Lawi was leergierig en in haar element. Al snel bleek dat ze talent had voor de kippenverzorging. De voorzitter van de stichting heeft haar gevraagd of zij, met hulp van de stichting, een ökologische kippenfarm wilde starten in Malawi. Hij heeft haar in contact gebracht met een stichting die zich heeft toegelegd op ökologisch verantwoord kippenfokken. Het verhaal wordt nu iets technischer.

De kippen uit Duitsland
De kippen zoals wij die kennen zijn of goed in het leggen van eieren maar niet echt lekker, of ze zijn lekker maar slechte leggers. Ook zijn deze kippen niet goed om mee te fokken. Handig voor de industrie want dit betekent dat kippenboeren afhankelijk zijn en blijven van eieren- of kuikenleveranciers. Voor de arme landen is deze afhankelijkheid funest. De stichting heeft een kippensoort die zowel goed leggen en lekker zijn, maar waarmee je ook zou kunnen fokken. Zij ondersteunen vooral lokale initiatieven in Afrika.

Tadzuka

Lawi heeft een aparte training bij deze stichting gevolgd en met de kennis van haar studie accounting heeft ze een businessplan opgesteld. De voorzitter van bio-farm heeft een grootschalige campagne opgestart om fondsen te werven. Na een jaar en heel veel kennis en ervaring rijker en met de plannen voor de startup Tadzuka op zak, is Lawi teruggegaan naar Malawi. Samen met haar zus Tadza en met hulp van haar vriend, de vriend van Tadza en twee broers zijn de meiden gestart met de bouw van de kippenfarm.

Terug in Malawi
De eerste stap was de bouw van een muur rondom het perceel. Dat had de nodige voeten in aarde aangezien de gemeenschap waarin ze wonen dit niet zag zitten. De chief van het dorp maakte duidelijk dat meisjes moeten trouwen en kinderen krijgen en dus geen eigen bedrijf starten. Met hulp van een oom en vooral hun eigen doorzettingsvermogen is het gelukt. Ik zit op de veranda van het huis en kijk uit over een mooie groene omheinde tuin, kippen scharrelen vrolijk in het rond en een ander deel van de kippen hebben het hoogste woord binnen in de mooie grote kippenren.

Ze hebben een broedmachine kunnen kopen met ruimte voor 560 eieren. De stroomvoorziening gebeurt via zonnenpanelen.

Een gedeelte van de tuin is afgezet en daar worden groenten geteeld, aubergines, diverse slasoorten, courgettes, tomaten, boontjes en zo. Via facebook wordt reclame gemaakt voor eieren en kippen. Langzaam maar zeker krijgt Tadzuka steeds meer vorm.

Doorzetters!

Het klinkt alsof alles van een leiendakje gaat en is gegaan maar niets is minder waar. Het familiehuis waarin ze wonen was weliswaar groot maar had geen ramen, deuren, geen water of elektriciteit, laat staan sanitair of een keuken. Stukje voor stukje hebben de broers en zussen het huis opgeknapt tot het mooie comfortabele huis dat het nu is.

Met water en electra, met een echt toilet een douche (inclusief Tom Hofman-ervaring), keuken en mooi wit geschilderd waardoor het lekker licht is.   

Vorig jaar is de Malawiaanse munteenheid Kwacha met ongeveer de helft gedevalueerd terwijl de prijzen voor levensmiddelen niet bepaald minder werden. Om de kosten te drukken zijn Lawi en Tadza gestart met het maken van een eigen mengsel kippenvoer. En met succes!

Een kippenvirus heeft flink huisgehouden waardoor een groot aantal kippen is doodgegaan. Gelukkig worden ze nog steeds gesteund door de stichting in Duitsland. Het gedrag van de kippen wordt dagelijks genoteerd en er wordt met de stichting overlegd wat wijs is om te doen. Ondanks alle tegenslagen, laten ze zich niet uit het veld slaan.

Lawi, Tadza en hun toekomst
Lawi is vlak na aankomst gestart met een studie aan een school vergelijkbaar met onze landbouwhogeschool. Tadza die ondanks haar goede studie geen werk heeft kunnen vinden, ontfermt zich over de kippen, de groententuin en het huishouden. (Ze is een fantastische, inventieve kok.) Zolang Lawi studeert blijft zij dit in elk geval doen.

Pempho

Beide meiden hebben al jarenlang een vriend. Ook deze jongens zijn intelligente mensen die hebben kunnen studeren. De vriend van Lawi accounting en heeft daar ook werk in gevonden. De vriend van Tadza public health en is werkzoekend. Beide jongemannen ondersteunen de zussen waar ze kunnen. Ook zij zijn niet van het type “meisjes moeten trouwen en kinderen krijgen”.  De vriend van Tadza, Pempho, heeft een auto geleend en is deze week de chauffeur. Hij is een vrolijke, intelligente  jongeman en houdt, zo te merken, van een goed gesprek. Ook de meiden zijn open, vertellen veel over hun leven, wat hun bezig houdt en over de grote toekomstplannen die ze hebben. Het zijn mooie gesprekken die we hebben en ik voel mij een bevoorrecht mens. Ik heb veel respect en bewondering voor deze jonge meiden die niet alleen geloven in een mooie toekomst maar er ook alles aan doen om hun dromen waar te maken.

Op mijn vlucht hierheen ben ik gestart met het boek Hope van Jane Goodall en Doug.. Hoop is niet achteroverleunen en hopen dat het beter wordt. Hoop is geloven dat het beter wordt en er werk van maken. Hoe Jane de levenslust, het doorzettingsvermogen en inventiviteit van jongeren beschrijft om tot een betere wereld te komen, is precies wat ik hier zie en meemaak. Hoe bijzonder!

(Wil je deze meiden steunen? Doneer aan onze stichting onder vermelding van “Donatie Tadzuka”. Zie rechterkolom.)

De reis is begonnen

Zo, het avontuur gaat weer beginnen, of beter gezegd, is al begonnen. Ik ben nu op het vliegveld in Düsseldorf. Vlak voor aankomst op het vliegveld kreeg ik een sms’je dat de vlucht naar Amsterdam is geannuleerd en dat mijn reis is omgeboekt. In plaats van Amsterdam, Nairobi, Lilongwe, is de route nu Parijs, Johannesburg, Lilongwe. Het nadeel is dat ik nu vier uur langer op het vliegveld zit te wachten, het voordeel is dat ik een langere nachtvlucht heb en tussendoor geen ellelange wachttijden. En ik heb tijd om deze blog te schrijven. “Ieder nadeel heb z’n voordeel”, zei een bekend voetballer ooit.

Over twee uurtjes gaat de incheckbalie open en dan word ik verlost van alle koffers. Maar liefst vier stuks heb ik deze keer bij mij. Twee koffers met speelgoed voor een tweetal dovenscholen, 7 laptops, veel kleren (nee, niet allemaal van mijzelf) en nog wat hebbedingetje. Het zal mij benieuwen of ik alles zonder problemen in Malawi krijg. Ik heb in elk geval mijn lengte mee want een klein vrouwtje met zware koffers, die wil je toch zeker helpen?

Ik heb overigens lang getwijfeld of ik ook nu weer zou bloggen over mijn reis. Aangezien ik de afgelopen tijd steeds vaker de vraag kreeg of ik ook nu weer te volgen ben, ben ik toch maar gezwicht. Wat ik ga doen in Malawi, weet ik nog niet precies. Ik ben in elk geval de eerste week in  Lilongwe. Dit is de hoofdstad van Malawi. Ik ben hier niet eerder geweest dus ik ben heel benieuwd. Dat dit geen Amsterdam of Parijs is moge duidelijk, zijn maar wat dan wel? Ik logeer bij twee intelligente en energieke jonge vrouwen. Zij zijn net zo oud als mijn dochter Loes en zijn er in geslaagd om een startup te beginnen die inmiddels heel aardig loopt. Bijzondere meiden met een heel bijzonder verhaal maar daarover in een latere blog meer.

Na Lilongwe voeg ik mij bij Ineke, de drijvende kracht achter onze stichting en als projectleider onvermoeibaar. Ook deze keer zal ik schrijven over de voortgang van de diverse projecten waar we als stichting mee bezig zijn. En ook nu zal ik ongetwijfeld weer verrast worden door leuke, ontroerende en bijzondere voorvallen en door de hartelijke en gastvrije Malawianen.